Ik begin met mijn naam te tikken. Dan staat er tenminste iets.
Ze schreef veel, heel erg veel. En moest veel leren. Nu coördineert en enthousiasmeert ze anderen. Sinds deze week werkt ze als coördinerend chef voor het AD. Ik mocht nog net langskomen op de redactie van NRC en met Marleen praten over haar schrijfgewoonten.
Heb jij veel geschreven?
Bij elkaar wel. In 2003 werd ik stagiair, daarna was ik een tijd freelancer en in 2008 kwam ik in dienst van NRC Next. Laatst doorzocht ik de archieven en kwam ik stukken tegen waaraan ik geen enkele herinnering meer heb.
Gaat schrijven jou makkelijk af?
Ik schrijf langzaam, denk ik. Als ik begin, wil ik alle informatie hebben, iedereen gesproken hebben. Pas als ik iedereen gesproken heb, krijg ik zin om te beginnen met schrijven. En dan moet de eerste alinea meteen goed zijn.
De zinnen die ik formuleer, moeten kloppen. Als het op papier staat, is het zo’n voldongen feit. Een soort waarheid. Daarom probeer ik het goed op te schrijven en schrijf ik geen losse woorden op of zinnen die ik later weer moet omgooien.
Heb je schrijfrituelen?
Een wit scherm is best angstig. Ik begin daarom meestal met mijn naam te tikken. Dan staat er tenminste iets. En ik vind het prettig om direct in ons krantensysteem te tikken, omdat het verhaal dan zijn vorm krijgt, met de juiste codes en afbrekingen. Ik ben best visueel ingesteld. Ook bij verhalen van collega’s kan ik in ons systeem snel inschatten of het goed is. In Word kun je eindeloos doorgaan.
Kon je altijd al goed schrijven?
Ja dat denk ik wel. Bij hockey was ik de enige van mijn team die verslagjes schreef voor de Paalpieper, ons blad. En het vak Nederlands vond ik altijd erg leuk.
Ik heb wel veel fouten gemaakt, hoor. Vroeger voerde ik alle mensen op die ik sprak. En tijdens mijn stage bij het Rotterdams Dagblad ging ik op reportage naar hardloopwedstrijden. Ik liep zelf mee én interviewde mensen. Dan zette ik helemaal niet in het stuk dat ik zelf meeliep. Terwijl het dat een veel leuker verhaal zou hebben gemaakt, bijzonderder.
Verander je nooit iets aan je tekst?
Dat doe ik pas als het hele verhaal staat. Ik gooi de eerste alinea om als het voor de lezer te lang duurt voor hij in het verhaal komt. Heel soms schrijf ik eerst een sfeeralinea, maar mensen willen eigenlijk meteen weten wat de urgentie is van het verhaal, waarom ze het lezen.
Ik probeer elke alinea fris te beginnen. Daar denk ik bewust over na tijdens het schrijven, dat heb ik ondertussen geleerd. Want net als op tv hebben lezers veel afhaakmomenten. Ook is de opbouw van teksten veranderd. Toen ik stage liep, telden verhalen voor de loopbaan- of geldpagina’s 1500 woorden. Je kon eindeloos los met anekdotes. Nu is 1000 woorden al veel.
Geloof je in inspiratie?
Ja enorm! Nu probeer ik mensen te inspireren door het voor me te zien. Ze te enthousiasmeren, want je verhaal wordt echt beter als je er zin hebt om het te maken. En bij de krant kun je niet wachten tot je goddelijke inspiratie krijgt.
Schrijf je weleens met de hand?
Ik schrijf mijn verhalen eigenlijk altijd op de computer. Interviews doe ik wel met de hand en aan stagiaires zie ik dat zij die ook meteen intypen.
Schrijf je weleens samen met iemand?
Weinig. Samen schrijven is lastiger: je hebt verschillende typen schrijvers. Een collega formuleert drie keer een zin, een andere collega schrijft het meteen op zoals het verhaal wordt. Soms verdelen we alinea’s, bijvoorbeeld bij een groot interview. Maar alleen is makkelijker: alles zit gewoon in mijn eigen hoofd.
Lees artikelen van Marleen Luijt op Blendl:
De echte groei kwam toen hij zaken uit handen durfde te geven – het allermoeilijkste van ondernemen vindt hij. Vorig jaar een van de best verkochte artikelen op Blendle over jonge miljonairs en hoe ze miljonair werden: https://blendle.com/i/nrcnext/hallo-ik-ben-30-jaar-en-ik-heb-20-miljoen-euro/bnl-nn-20140514-1377577
Het nieuwe centraal station van Rotterdam, een prachtig station natuurlijk, dat de statuur van de stad bevestigt. Ter controle met de mening van aartsmopperaar Maarten van Rossem: https://blendle.com/i/nrcnext/zelfs-de-mopperaars-zijn-blij-van-nederland/bnl-nn-20140313-1354047
Marleen praat met de directeur. Een echte Aldi-man. Beheerst doch vriendelijk, keurig maar af en toe een klein grapje mag best. [..] Is Aldi over tien jaar nog hetzelfde bedrijf? Ja, zegt hij. „We blijven een discounter waarbij het zoveel mogelijk verkopen van goederen het hoofddoel is.” Dat is Aldi, geen grootspraak. Gewoon je werk doen, dan doe je al gek genoeg. https://blendle.com/i/nrcnext/een-vraag-voor-aldi-moest-je-faxen-nu-verandert-dat/bnl-nn-20150218-1467046
[profiel-anneke]